Gelukkig had ik maandag verlof zodat ik nog
op m’n gemak een beetje kon nasudderen.
En dat was nodig . . .tjonge jonge wat een weekeinde.
Wat zal Amsterdam wel gedacht hebben?
Elke dag weer als het razende octet op de fiets door het centrum
onder de bezielende leiding van Henny en Coby.
De ene keer op avontuur naar het BIM-huis,
dan weer voor een flitsende actie naar de bibliotheek.
De kelen gesmeerd in De Jordaan
en gelijk even getest of ze nog klankzuiver waren.
En dat waren ze!
Camping Zeeburg is voor velen “the place to be”.
Wij waren er en het was er goed.
We werden begeleid door een olijk gekraak
wanneer we onze hooggelegen sponde ’s-avonds beklommen.
Centraal stond de caravan van de organisatie,
waar elke dag begon en ook weer op gepaste wijze werd afgesloten.
’s Ochtends een dijk van een ontbijt en een douchemuntje,
zodat we er even tegen konden.
De catering was prima verzorgd.
We hebben niet één keer zelf hoeven koken.
Van de Italiaan via de fietsenmaker
en een Falafel-lunch naar het Hard Rock Café.
Geen kritiek dan? . . . eh . . jawel;
er is heel veel dorst geleden onderweg.
Volop drinken op de camping, maar daar waren we niet.
We waren in de stad met z’n vele terrasjes, maar ja . . .
Geen man in de organisatie; zou het zo simpel zijn?
Daar gaan we volgend jaar achter komen.
Misschien moet de vraag zijn,
uit welk vaatje wij volgend jaar zullen tappen.
Wat we moeten ontberen dankzij de vrouwelijke touch
is nu wel duidelijk.